U bent hier: Home / Stedenbouwkundige vergunning / Na de vergunning / Mogen de handelingen en werken onmiddelijk van start gaan?

Mogen de handelingen en werken onmiddelijk van start gaan?

NEEN, je moet gedurende een bepaalde termijn wachten, tijdens die termijn mag de vergunning niet worden uitgevoerd (de vergunning is niet “uitvoerbaar”).

 

1. Voor de vergunningen afgegeven door het college van burgemeester en schepenen:

Bedraagt de termijn 20 dagen te rekenen vanaf de verzending van een kopie van de vergunning door de gemeente aan de gemachtigde ambtenaar (artikel 157 van het BWRO).

Die termijn stelt de gemachtigde ambtenaar in staat zijn toezichthoudende bevoegdheid uit te oefenen, dat wil zeggen dat hij nagaat of de toegekende vergunning in overeenstemming is met de geldende regelgeving.

Indien de vergunning niet in overeenstemming is, schorst de gemachtigde ambtenaar de vergunning, zodat de regering (na advies van het Stedenbouwkundig College) kan beslissen de vergunning al dan niet te vernietigen. De regering beschikt daarvoor over een termijn van 60 dagen. Als zij geen beslissing neemt binnen die termijn, wordt de schorsing waartoe de gemachtigde ambtenaar had beslist opgeheven.

Voor meer informatie over de procedure met betrekking tot de schorsing/vernietiging, raadpleeg artikel 161 tot 163 van het BWRO.


2. Voor de vergunningen afgegeven door de gemachtigde ambtenaar (andere gevallen dan de aanhangigmaking):

Bedraagt de termijn 30 dagen te rekenen vanaf de ontvangst, door de gemeente, van de vergunning, waarvan de gemachtigde ambtenaar een kopie moet sturen.

Die termijn stelt het college van burgemeester en schepenen in staat een beroep, in te dienen bij de regering om de beslissing van de gemachtigde ambtenaar die de vergunning toekent te betwisten (artikel 188/1 van het BWRO).

Opgelet: het college van burgemeester en schepenen heeft die mogelijkheid niet wanneer het bevoegd was om de beslissing te nemen en omdat het de beslissing niet heeft genomen binnen de hem toebedeelde termijn, waardoor het dossier automatisch bij de gemachtigde ambtenaar aanhangig werd gemaakt. In dat geval, dat we “aanhangigmaking” noemen, is de vergunning dus uitvoerbaar zodra die door de gemachtigde ambtenaar werd afgegeven (onder voorbehoud van de naleving van de bekendmakingsvoorschriften bij de uitvoering van de vergunning).   

Als het college van burgemeester en schepenen beslist om tijdens die termijn een beroep in te dienen, wordt de opschorting van de vergunning verlengd tot het einde van de procedure van het administratieve beroep.

Opgelet: het college van burgemeester en schepenen dat een beroep indient bij de regering is verplicht om op dezelfde dag een kopie van dat beroep naar de begunstigde van de betwiste vergunning te sturen. Als deze verplichting niet wordt nageleefd, dan is het beroep onontvankelijk.

Voor meer informatie over de beroepsprocedure, raadpleeg artikel 188/1 tot 188/6 van het BWRO.

 

Opmerking

Voor bewoners is het niet mogelijk om beroep in te dienen bij de regering m.b.t. een bepaald dossier. Zij kunnen echter wel beroep bij de Raad van State indienen met als doel de vergunning te vernietigen. Zij beschikken daarvoor over voor een termijn van 60 dagen, te rekenen vanaf hun kennisneming van de inhoud van de vergunning. De indiening van een dergelijk beroep tot nietigverklaring schort de vergunning niet op, maar het kan aangewezen zijn om de vergunning pas uit te voeren wanneer het zeker is dat er geen beroep bij de Raad van State werd ingediend.

Document acties